Deze praktijktips worden gedeeld door basketbalclub Molenbeek Rebels.

1. Werk met duo-trainers: De huidige tendensen in de maatschappij tonen aan dat er minder trainers zijn die een groot engagement van 3 keer training geven en 1-2 wedstrijden aangaan. Ze willen wel nog training geven maar op een lager pitje. Het werken met duo-trainers voor een ploegje zorgt ervoor dat je ook die trainers kan behouden binnen de club. Ze nemen bvb. 1 training op + wisselen de wedstrijden af in functie van beschikbaarheden.
2. Werk met hulp/assistent-trainers: ondersteun trainers met hulp/assistent-trainers en maak op die manier U14/U16-spelers warm om later zelfstandig trainer te worden.
3. Persoonlijke aanpak: spreek de spelers van U16-seniors persoonlijk aan om een groeitraject als coach aan te gaan. Je kan bvb. starten door de spelers in te schakelen als gasttrainer op een basketbalstage waarbij ze als hulpcoach kunnen fungeren.
4. Ouderverantwoordelijken: Elke ploeg heeft een ouder als contactpersoon om de band met de club te versterken. Deze ouder probeert in de mate van het mogelijke administratieve en organisatorische taken weg te nemen bij de trainer.
5. Vaste trainers: teams hebben vaste trainers, wat continuïteit en betrokkenheid bevordert.

Waarom werkt het?

• Door de langdurige inzet van trainers ontstaat er een sterke vertrouwensverband met de club en spelers.
• Hulptrainers krijgen ondersteuning waardoor ze zich kunnen ontwikkelen tot volwaardige trainers.
• Ouders worden actief betrokken bij de club.

Met de techniek 'andersom denken' kunnen we leren door te kijken wat we juist niet moeten doen.

Hieronder een checklist van manieren om jeugdtrainers te demotiveren:

1) Ouders

• Leg overmatige druk op kinderen: Hoge verwachtingen en prestatiedruk nemen de spelvreugde weg.
• Geef ongepaste kritiek: Negatieve feedback schaadt het zelfvertrouwen van kinderen.
• Bemoei je met de coach: Inmenging in tactiek of teamdynamiek zorgt voor spanningen

2) Spelers

• Toen onvoldoende inzet: Niet je best doen frustreert trainers en teamgenoten.
• Gedraag je onprofessioneel: Te laat komen of afwezig zijn demotiveert de groep.
• Vorm kliekjes: Verdeeldheid binnen het team leidt tot een slechte sfeer.

3) Bestuursleden

• Wees onduidelijk: Gebrek aan transparantie over beleid wekt wantrouwen.
• Voorzie onvoldoende middelen: Beperkte middelen maakt goed trainen moeilijk.
• Communiceer slecht: Onduidelijke informatie veroorzaakt frustratie.
• Behandel mensen onrechtvaardig: Voorkeuren voor bepaalde teams of spelers ontmoedigen anderen.
• Geef geen erkenning: Onvoldoende waardering vermindert de motivatie.

4) Trainers

• Werk niet samen: Gebrek aan samenwerking creëert een geïsoleerde sfeer.
• Zie elkaar als concurrenten: Dit leidt tot een vijandige omgeving.
• Kritiseer in het openbaar: Openlijke kritiek schaadt vertrouwen en motivatie.
• Erken prestaties niet: Het negeren van inspanningen werkt demotiverend.